Het belang van een pedagoog in de sport

29 september, 2023, Geschreven door buurtsportcoach Nikki van Sloten

Pedagogiek inzetten in de topsport In de topsport zie en hoor je steeds vaker dat kinderen extra trainen en erg kritisch zijn op zichzelf, omdat de druk steeds groter wordt en de kinderen en jongeren overal goed moeten presteren. Pedagogen spelen hierin een belangrijke rol. Bij PSV Eindhoven, waar ik stage loop voor mijn studie Pedagogiek, zien zij het belang van pedagogen in. Ze helpen de kinderen met hun onzekerheden en kunnen ook trainers ondersteunen bij het creëren van een pedagogisch klimaat. Door als pedagoog te zorgen dat de kinderen plezier hebben, wordt er een gevoel van veiligheid gecreëerd.

Pedagogiek inzetten bij verenigingen
Maar hoe doe je dat bij een vereniging die draait op basis van vrijwilligers? Bij veel verenigingen zie je dat vaders of moeders de trainer zijn van het team van hun zoon of dochter. Ze doen dit allemaal in het belang van het kind en proberen het team zo goed mogelijk draaiende te houden. De ene ouder is wat fanatieker dan de andere, maar ze staan er altijd! Elke trainer heeft zijn eigen aanpak, vaak wel in lijn met de visie van de club.

Vier kernkwaliteiten voor een goede trainer Er zijn vier kernkwaliteiten die een trainer kan gebruiken om zijn team nog beter te begeleiden en eruit te halen wat ze nodig hebben. Deze inzichten komen voort uit het Trainer-Kind-InterActief-onderzoek (TKI) in opdracht van het NOC*NSF. Hieronder staan de inzichten kort toegelicht:

Structureren: Structuur biedt houvast. Als trainer spreek je uit wat je van elke speler en van de supporters en de omgeving verwacht. En hoe ga je om met de scheidsrechters. Je legt dus vast wat het voor iedereen betekent, en je spreekt iemand erop aan als hij zich niet aan de gezamenlijke afspraken houdt.

Stimuleren: Je stimuleert kinderen door ze aan te moedigen en complimenten te geven. Plezier en zelfvertrouwen dragen bij aan leren, wat betekent dat je sporters positief benadert en oprecht complimenten geeft. Je helpt ze door gerichte feedback te geven, waardoor ze zichzelf kunnen ontwikkelen. Je moedigt dit gedrag ook bij de spelers aan. Een trainer richt zich meer op de ontwikkeling van de kinderen dan op het winnen.

Individuele aandacht: Aandacht voor iedereen en aandacht voor verschillen. Iedereen wil gezien en gehoord worden. Daarom is het belangrijk dat je alle spelers individueel voor, tijdens of na de wedstrijd even spreekt.

Regie overdragen: Sporters medeverantwoordelijk maken voor hun ontwikkeling. Als trainer ben je dan minder sturend en geef je spelers minder aanwijzingen. Je stelt open vragen in plaats van concrete feedback. Hierdoor kunnen spelers meer meedenken en hebben ze de regie over hun eigen ontwikkeling. Ze hebben het gevoel dat ze erbij horen en verantwoordelijk zijn voor hun eigen proces in de sport (Bronkhorst et al., 2018).

Deze vier inzichten gebruik je om te voorzien in de basisbehoeften van ieder kind: de behoefte aan autonomie (ik kan/doe het zelf), relatie en het gevoel van competentie (ik kan het of kan het ontwikkelen). Als trainer die aan deze behoeften werkt, stimuleer je de intrinsieke motivatie om met plezier te blijven sporten en gedreven te zijn om zichzelf te ontwikkelen.

Hulp nodig met het creëren van een pedagogisch klimaat? Sinds 1 augustus werk ik bij SportID Nieuwegein, waar ik het team ondersteun bij verschillende projecten. Als laatstejaars student Pedagogiek kan ik o.a. buurtsportcoach Bo helpen met mijn kennis over kinderen en jongeren en zou je mij vragen kunnen stellen over alles wat met kinderen en jongeren te maken heeft met betrekking tot sport.

Heb je als vereniging of als trainer na het lezen van dit stuk nog vragen over hoe je een pedagogisch klimaat kan ontwikkelen? Of over de vier inzichten van een trainer? Laat het me zeker weten via n.vansloten@sportidnieuwegein.nl.

.